Belle en het Beest

In een schattig dorpje, op het Franse platteland, woonden de mooie Belle en haar vader, uitvinder Maurice. Belle bracht haar tijd het liefst door met haar neus in de boeken en Maurice was altijd druk met zijn gekke uitvindingen. Gaston, de bink van het dorp, had een oogje op Belle maar zij wilde niets van hem weten. 

Op een dag vertrok Maurice met zijn paard naar een beurs in de grote stad, maar onderweg verdwaalde hij. In de verte hoorde hij luid gehuil en voor hij het wist werden hij en zijn paard aangevallen door een roedel wolven. Tot zijn grote opluchting werd hij gered door een groot, angstaanjagend beest. Voor Maurice hem kon bedanken verdween het beest in de diepte van de bossen. Maurice besloot hem te volgen. Hij kwam aan bij een groot kasteel en ging naar binnen.

Het beest was eigenlijk een knappe prins, die vervloekt was door een tovenares die hem in een afzichtelijk beest veranderde. De prins was egoïstisch en arrogant en toen de tovenares, verkleed als oud vrouwtje, bij hem aanklopte om te schuilen voor de regen weigerde hij haar de toegang tot zijn kasteel. Uit wraak besloot ze een vloek uit te spreken en hem te veranderen in een akelig uitziend beest. Al zijn kasteelbediendes veranderden in levende keukenvoorwerpen. De tovenares liet een magische rode roos achter die elk jaar een blad zou verliezen. Het laatste blaadje zou vallen op de 21e verjaardag van het beest, de dag dat de vloek eindigde. Als de prins niet voor die dag verliefd zou worden en die liefde beantwoord zou krijgen, zou hij voor altijd beest blijven.

Het beest zag Maurice het kasteel binnentreden en was niet gediend van bezoek. Hij greep Maurice en sloot hem op. Het paard van Maurice was teruggerend naar het dorp en toen Belle hem zonder haar vader aan zag komen lopen wist ze dat er iets mis was. Ze stapte op het paard en hij bracht haar naar het kasteel. Toen ze haar opgesloten vader zag vroeg ze het beest hem vrij te laten. In ruil daarvoor zou het beest haar in plaats van Maurice mogen opsluiten.

Het beest ging akkoord en Maurice snelde naar het dorp om hulp te halen. In het kasteel kreeg Belle meer vrijheid dan haar vader kreeg. Het betoverde personeel was dol op haar en Belle was vriendelijk, ook voor het beest. Hij werd steeds aardiger voor haar en ze mocht overal in het kasteel komen, behalve in de zijvleugel, waar de magische roos stond. Toen ze dat op een dag toch deed werd het beest woest en sloot haar op in een kamer. 

In de magische spiegel die Belle van het beest had gekregen zag ze dat het niet goed ging met haar vader. Niemand in het dorp geloofde zijn verhalen over een eng beest en ze maakten hem belachelijk. Belle mistte haar vader verschrikkelijk en ze besloot te ontsnappen en naar het dorp te gaan. Daar aangekomen liet ze iedereen in de magische spiegel zien dat het beest wel degelijk bestond.

Gaston zag zijn kans schoon om de held te zijn en riep de dorpelingen op om dit vreselijke beest aan te vallen en zijn kasteel over te nemen. Het beest en zijn personeel gingen het gevecht aan maar de dorpelingen waren met heel veel. Het beest deed zijn best maar realiseerde zich ook dat zijn 21e verjaardag eraan kwam en dat de vloek nooit meer opgeheven zou worden. Hij kon de kracht niet meer vinden om voor zijn leven te vechten en raakte ernstig gewond in de strijd.

Belle was ondertussen ook teruggekeerd naar het kasteel en toen ze daar aankwam zag ze het beest op de grond liggen. Ze zakte in elkaar en huilde hoeveel ze van hem hield. Net op dat moment viel het laatste blaadje van de magische roos; de 21e verjaardag van het beest was aangebroken. Terwijl Belle huilend op de grond lag steeg het beest ineens op. Voor haar ogen veranderde hij in een knappe prins. Ook het kasteelpersoneel veranderde terug in mensen. Belle wist niet wat ze zag en het personeel omhelsde haar en vertelde haar over de vloek. Eindelijk wist ze dat iedereen betoverd was en het beest eigenlijk een knappe prins was. Vol verbazing luisterde ze naar de verhalen en keek ze haar knappe prins in de ogen. De prins kon zijn geluk niet op en hij kon eindelijk zijn mooie Belle ten dans vragen. Het personeel lachte en juichte terwijl Belle en de prins de nacht tegemoet dansten.